Interview Sébastien Hendrickx
Tekst: Sébastien Hendrickx
Foto: Yvan Mahieu
Sébastien Hendrickx is niet alleen een podiumkunstenaar, maar ook dramaturg voor NTGent, Toneelhuis en KVS, daarnaast is hij ook kunstcriticus voor verschillende tijdschriften. Hij is ook docent en geeft les aan KASK en het Conservatorium in Gent. Voor zijn volgende project, Palace of Justice, kwam hij in juli in Dil'arte en Westrand werken. Hoog tijd dus om hem even hierover aan de tand te voelen.
Wie is Sébastien Hendrickx?
Sébastien Hendrickx is niet alleen een podiumkunstenaar. De voorbije 15 jaar was hij actief als dramaturg voor NTGent, Toneelhuis en KVS, daarnaast is hij ook kunstcriticus voor verschillende tijdschriften waaronder Etcetera. Hij is ook docent en geeft les aan KASK en het Conservatorium in Gent, waar hij onderzoek doet naar het verbindende en speculatieve potentieel van artistieke 'kosmogrammen', dat zijn objecten die kosmologieën of totale wereldbeelden representeren. Daarnaast is hij ook milieuactivist. Hij probeerde samen met bevriende milieuactivisten allerlei actievormen uit in de jacht op reële maatschappelijke impact terwijl de wijzer van de doemklok ondertussen onverbiddelijk bleef doortikken.
Zijn debuutvoorstelling The Good Life (2021) was een meeslepende reis waarin hij zich het goede leven in tijden van diepgaande ecologische mutaties voorstelde. Na het verhalende stuk Moddertong (2022-2024) werkt hij momenteel aan Palace of Justice (2025-2026), een performatief portret van het Justitiepaleis in Brussel. Deze voorstelling staat op 11 december in Westrand.
Sébastien, jij bent deze zomer onze artiest in residentie, je hebt in Dil’arte gedurende een week aan de voorstelling Palace of justice gewerkt. Dit wordt een voorstelling waarbij het Justitiepaleis in Brussel jouw inspiratiebron vormt. Vanwaar deze fascinatie?
Alles begon in 2008, toen ik voor de eerste keer in het Justitiepaleis was. Ik bracht er toen een paar uur in de gevangenis door, samen met driehonderd andere mensen die hadden deelgenomen aan een actie van burgerlijke ongehoorzaamheid. Ik was totaal ondersteboven van de vreemde architectuur van het gebouw. Het is een hele mysterieuze, labyrintische plek, die me doet denken aan de kortverhalen van de Argentijnse schrijver Jorge Luis Borges. In de jaren daarna bezocht ik het paleis vaak. Ik dwaalde er, alleen of met vrienden, door de majestueuze centrale hal of door de eindeloze gangen. Ook justitie zelf fascineert me, het werk van advocaten en rechters, maar ook dat van de minder in het oog springende rollen zoals de griffiers, de bodes en het kuispersoneel.
Kan je omschrijven hoe je aan het werk gaat om deze voorstelling te maken, te creëren en waarom je het op deze manier aanpakt?
Ik heb interviews afgenomen van magistraten en advocaten, en deed ook een tiental wandelingen door het Justitiepaleis met gasten die ik uitnodigde. Veel van de ideeën voor de voorstelling komen van de indrukken die we tijdens die wandelingen opdeden. Om materiaal te creëren voor de voorstelling werken we met improvisatiesessies, waarbij de twee spelers op basis van een spelopdracht en een aantal rekwisieten op de vloer aan de slag gaan. Dat is een hele leuke manier van werken, omdat je er zo toevallig dingen ontstaan die je niet had kunnen bedenken.
Wie neem je mee in jouw creatieproces en welke rol krijgen ze hierbij?
Ik heb het geluk met een fantastisch team te kunnen werken. Mats Vandroogenbroeck en Yolanda Mpele zijn de spelers. Zij zullen elk meerdere rollen voor hun rekening nemen. David Helbich staat in voor de muziek- en geluidscompositie. We willen de indruk van het gebouw creëren op scène via geluidsopnames van kantoren, gangen, liften, enzovoort. Eduardo Abdala is de lichtontwerper. Daarnaast werk ik nog met een dramaturg, Joachim Robbrecht. Die komt af en toe langs om naar een repetitie te kijken en feedback te geven. Jan Rymenants en Bartira Pereira helpen ons op technisch vlak. Zelf componeer en regisseer ik de voorstelling.
Op welke manier zijn residentieplekken zoals Westrand en andere belangrijk in je creatieproces?
Zoals de meeste theatermakers hebben wij geen eigen theaterstudio om in te werken. Om een voorstelling te kunnen maken ga je dus op verschillende plekken in residentie. Naast Westrand trekken we bijvoorbeeld ook nog naar Leietheater in Deinze of Grand Theatre in Groningen, in Nederland. Zulke residenties zijn cruciaal om te repeteren, verschillende lichtstanden uit te proberen, geluidstechnisch te werken,... Ik ben dus zeer dankbaar in Dilbeek even te mogen vertoeven.